Ontwikkelingsperspectief opstellen en registreren

Scholen voor speciaal onderwijs moeten voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief (OPP) opstellen. Scholen voor primair- en voorgezet onderwijs stellen een OPP op voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Als de ondersteuning onder de basisondersteuning valt dan is het OPP niet nodig. Wat er onder basisondersteuning wordt verstaan is afgesproken binnen het samenwerkingsverband.

Wat moet er in het OPP staan?
De verplichte onderdelen van het OPP zoals omschreven in de wet:

– De verwachte uitstroombestemming van de leerling.
– Onderbouwing van de verwachte uitstroombestemming van de leerling (met in elk geval een weergave van de belemmerende- en bevorderende factoren).
– Een beschrijving van de te bieden ondersteuning en begeleiding, en – indien aan de orde – de afwijkingen van het (reguliere) onderwijsprogramma.

Op de website van SWV Helmond-Peelland PO zijn richtlijnen en een format te vinden voor het maken van een OPP.

De rol van de ouders
Voordat wordt vastgesteld welke extra individuele begeleiding de leerling krijgt (het handelingsdeel van het OPP) moet de school hierover overeenstemming hebben met de ouders. Als de school bij andere instanties informatie over de leerling wil opvragen of aanvullend onderzoek wil laten doen, bijvoorbeeld door een psycholoog of orthopedagoog, dan moeten de ouders hier toestemming voor geven.

De school evalueert het OPP minimaal één keer per jaar samen met de ouders en de leerling. Op basis van deze evaluatie kan het OPP zo nodig worden bijgesteld. Ook daarover wordt met de ouders een op overeenstemming gericht overleg gevoerd. Scholen voor gespecialiseerd onderwijs betrekken ook de leerling zelf bij de evaluatie en bijstelling van het OPP. Als de leerling meerderjarig en handelingsbekwaam is, is dit verplicht.

Hoorrecht
Met invoering van het wetsvoorstel ‘Versterking positie ouders en leerlingen in passend onderwijs’ wordt het hoorrecht per 1 augustus 2024 ingevoerd. Het hoorrecht betekent simpelweg dat leerlingen gehoord dienen te worden over beslissingen die hen aangaan. Alle kinderen hebben dit recht al vanuit het Kinderrechtenverdrag, ongeacht hun leeftijd (IVRK, 2014, artikel 12). Als hoorrecht in de wet is vastgelegd, moeten scholen kunnen aantonen dat zij de mening van de leerling hebben meegenomen in het ontwikkelingsperspectief (OPP). Het hoorrecht geldt bij het opstellen, bijstellen en evalueren van het OPP.

In de praktijk betekent dit dat het bevoegd gezag het OPP opstelt en eventueel bijstelt, waarna de leerling de gelegenheid krijgt om vrijelijk zijn mening op het OPP te geven. In het OPP wordt opgenomen wat de inbreng van de leerling is en hoe deze van invloed is geweest bij de vaststelling en bijstelling van het OPP.
In het OPP-format, zoals is opgesteld door de werkgroep OPP, wordt na inwerkingtreding van het wetsvoorstel, naast ‘zienswijze ouders’ ook een tekstvak ‘zienswijze leerling’ opgenomen.

Lees meer over het hoorrecht in de vernieuwde handreiking OPP en de bijbehorende FAQ, specifiek FAQ 7. “Samen werken aan het OPP: wat vraagt dit van de communicatie met leerlingen?” Klik hier.

Verplichte registratie in het Register Onderwijsdeelnemers (ROD)
Met de invoering van passend onderwijs is de leerlinggebonden financiering vervallen en daarmee het zicht op het aantal leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte in het onderwijs. Voor het toezicht, de monitoring en de evaluatie van de Wet passend onderwijs is het van belang om inzicht te hebben in welke leerlingen extra ondersteuning krijgen. Daarom zijn schoolbesturen vanaf 1 augustus 2015 verplicht om OPP’s te registreren in het Register Onderwijsdeelnemers (ROD voorheen BRON).

Om de administratieve last voor scholen zo laag mogelijk te houden hoeven scholen alleen de begin- en einddatum van het OPP in het ROD te registeren, de inhoud is niet nodig. Als bij de eerste registratie de einddatum van het OPP nog onbekend is kan deze later worden toegevoegd. Registratie is gedurende het hele schooljaar mogelijk.

Inspectie zal toezien op registratie
De inspectie merkt dat schoolbesturen de OPP’s niet altijd registeren. Hierdoor hebben we geen volledig beeld van het aantal leerlingen met een OPP en extra ondersteuning. Dit belemmert het toezicht op de scholen, samenwerkingsverbanden en het stelsel als geheel. Dat blijkt uit de evaluatie van de Wet passend onderwijs. Daarom willen we de schoolbesturen erop wijzen dat zij verplicht zijn om de OPP’s te registreren, de inspecteurs voor primair- en voortgezet onderwijs zien hier nadrukkelijk op toe.

Verplichting geldt niet voor scholen in het (voortgezet) speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en het praktijkonderwijs
De verplichting tot de registratie van de OPP’s geldt alleen voor reguliere basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs. Scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs, het speciaal basisonderwijs en het praktijkonderwijs hoeven de OPP’s niet te registreren. De leerlingen zijn immers al bekend door inschrijving op de school. Uiteraard is een OPP voor de leerlingen wel nodig.